BKS installeert stoomketel in mobiele container voor GRASSA!

Bij bioraffinage worden groene grondstoffen verwerkt tot nieuwe, hoogwaardige producten: verschillende componenten worden gescheiden die apart meer waard zijn. Zo maakt bioraffinage het mogelijk om eiwitten uit onder meer gras beschikbaar te maken voor verschillende doeleinden. En dat biedt veel voordelen voor het milieu, voor de agrarische sector en voor de lokale economie. Hoe dan? Een belangrijk deel van het Nederlandse landbouwareaal bestaat uit grasland. Dat gras is grotendeels bestemd voor koeien, de enigen die dit gras met hun meerdere magen kunnen verteren. Dieren met één maag, zoals varkens, kippen en mensen, kunnen dat niet en zij moeten hun behoefte aan eiwitten op een andere manier invullen. Varkens bijvoorbeeld krijgen hoogwaardige eiwitten vooral binnen in de vorm van sojaschroot, dat geïmporteerd wordt uit Latijns-Amerika. Graseiwit heeft een vergelijkbare samenstelling als sojaschroot en is dus een prima sojavervanger áls het op een goede manier verwerkt wordt: met bioraffinage. Naast gras zijn ook andere groene gewassen geschikt voor bioraffinage, zoals maïs-, suikerbiet- en tomatenbladeren, resten van groenteverwerking zoals broccolistelen, sla en woekerende waterplanten zoals de grote waternavel of waterhyacinten. Deze groene grondstoffen, die doorgaans als afval gezien worden, kunnen eveneens uitstekende bronnen van eiwitten worden. Hoe worden eiwitten gewonnen? Bij bioraffinage wordt de groene grondstof, bijvoorbeeld gras, eerst gekneusd en geperst; het sap wordt gescheiden van de vezels. De vezels, met een deel van de in het gras aanwezige en voor koeien uitermate geschikte, eiwitten, kunnen luchtdicht verpakt worden, waardoor deze geconserveerd worden. Met het sap komt een deel van de nutriënten mee. Dit zijn eiwitten, suikers en mineralen. Het sap kan daarna verder verwerkt worden door de eiwitten ervan af te scheiden en te concentreren. De vloeistof die overblijft noemen wij de ‘wei’, naar analogie van de melkindustrie. De ‘wei’ kan een ook weer een verdere behandeling ondergaan. Fosfaat bevindt zich nog in de oplossing en kan eruit worden gehaald. Het fosfaatarme restant wordt vervolgens gescheiden in een suikerrijke fractie, een mineraalrijke fractie en schoon water.